VHZ Webshop

Uw mandje

Tips en informatie Machinaal borduren
Nederlands
Decrease font size  Default font size  Increase font size 
Machinaal borduren

Diverse tips voor machinaal borduren.

Iedere stof heeft zijn persoonlijke eigenschappen en op grond daarvan is het van groot belang om voor het daarbij passende steunmateriaal te kiezen.

  • Patronen met weinig steken op een vierkante centimeter hebben minder versteviging nodig dan patronen met heel veel steken, d.w.z. een hoge steekdichte.

  • Hele grote patronen hebben meer steun nodig dan hele kleine.

  • Patronen met veel lange satijnsteken hebben meer versteviging nodig dan patronen met alleen maar vulsteken. (hoe langer de satijnsteek hoe meer hij trekt, dus hoe beter je moet verstevigen)

  • Dunne stoffen hebben meer steun nodig dan dikke dicht geweven op zich al onbewegelijke stoffen.

  • Op alle gestructureerde materialen (tricot, breisels, grof geweven stoffen, badstof en derg.) is het aan te raden om bovenop een laag water- of hitteoplosbaar film te leggen om het verdwijnen van de steken in de stof te voorkomen.

Waar het bij het (machinaal) borduren om gaat is om de stof zo stabiel en onbewegelijk mogelijk te krijgen zodat hij tijdens het borduren niet kan uitzetten of schuiven. Als je dat op het oog houd dan zit je altijd goed.

Belangrijk:

  • Versteviging altijd meespannen, als je deze niet meespant geeft deze niet de gewenste steun

  • Als je de stof tezamen met het steunmateriaal inspant - gebruik dan altijd de kleinst mogelijke ring, dit voorkomt veel problemen.

Over de verschillende soorten stof

Niet rekbare stoffen

Niet rekbare geweven stoffen, dunne katoen, borduurvilt etc. kun je gewoon met scheurvlies inspannen en dan borduren.

Let wel op: Hoe dunner de stof hoe steviger d.w.z. minder rekbaar je steunmateriaal moet zijn.

De bewegelijkheid van een materiaal (stof) kan je testen om hem schuin (over dwars) te trekken - hoe makkelijker dit gaat hoe beter je moet verstevigen.

Rekbare stoffen

T-shirts, sweaters, gebreide truien etc.. moet je speciaal behandelen, d.w.z. dat je behalve dat je de stof met het steunmateriaal inspant je hem ook in zijn totaliteit moet fixeren zodat hij niet kan schuiven. Dit bereik je door de rekbare stof te plakken. Hiervoor kan je zelfklevend plakvlies of opstrijkbaar vlies gebruiken.

Een andere methode is om de stof op met plakspray behandeld scheurvlies of "cut away" (niet scheurbaar vlies), zoals bijv. "knipvlies" of "mesh" te plakken. Let op de stevigheid van het gebruikte vlies, als het plak- of strijkvlies niet stevig genoeg is gaat het mis.

Voor hele tere stoffen en dunne T-shirts is "mesh" een hele goede oplossing.

Wat vooral voor het borduren van T-shirts belangrijk is:

  • Het is aan te raden om de steekdichtheid van een patroon dat op fijne tricot geborduurd wordt iets te verlagen. Dit bewerkt dat je patroon minder dicht uitborduurt dus de steken niet zo dicht naast elkaar gezet worden en daardoor voorkomen wordt dat de stof beschadigd.

  • Let op dat het te borduren patroon een "underlay" (verstevigingssteek) heeft, dit voorkomt dat het patroon te veel trekt of schuift.

Het is natuurlijk ook heel belangrijk om de juiste naalden te gebruiken, dus zet er eventueel een dunnere naald in. Een speciale borduurnaald of een naald voor gebreide stoffen (tricotnaald) heeft een minder scherpe punt, dat wil ook nog wel helpen.

Over de verschillende soorten vlies

Er zijn verschillende soorten en diktes scheurvlies voor de verschillende rekbare en niet rekbare materialen (stoffen) op de markt die kunnen helpen om een goed borduurresultaat te krijgen:

Opstrijkbaar scheurvlies

Bestaat in verschillende uitvoeringen (kies voor een stevige goed scheurbare kwaliteit). Deze strijk je op de achterkant van de stof en dan span je het geheel in de ring. Opstrijken is wel een extra handeling maar werkt in het algemeen goed mits het vlies de juiste stevigheid voor het te borduren materiaal heeft. Opstrijkvlies is in diverse diktes te krijgen.

Let op! Bij gebruik van opstrijkbaar scheurvlies niet ook nog plakspray gebruiken. Dit is ten eerste absoluut onnodig en maakt bovendien van de lijmlaag een soort gelei.

Zelfklevend vlies

Dit is een vlies dat met een zelfklevende plaklaag voorzien is. Er zit een beschermlaag op die je voor gebruik gedeeltelijk of helemaal moet verwijderen, je spant dan alleen het zelfklevende vlies in de ring. Er zijn ook andere manieren hoe je in of op de ring kan aanbrengen zoals onder de ring plakken. Daarna plak je de stof op het vlies, je kledingstuk hoef je dan niet meer in de ring te spannen. Voor de beste resultaten kan je het voor kleinere patronen en voor heel kleine stukken die je niet in de ring kan spannen (zoals kraaghoeken of derg.) gebruiken.

Resten plakvlies op je ring of stof kan je het beste altijd meteen verwijderen! Dit vlies plakt namelijk hoe langer hoe beter, dus niet een nacht op je stof laten zitten. Restjes kun je met spiritus of met speciale reiniger verwijderen.

Werken met gevarieerde steunmaterialen en tijdelijke plakspray

De werkwijze is als volgt: steunvlies, dus "scheurvlies", "knipvlies" (niet scheurbaar vlies), "mesh" of derg. in de ring spannen, dit met plakspray op ca 15 a 20 cm afstand dun inspuiten en daarop dan je stof (tricot of derg.) plakken. Bespaart een hoop tijd met het positioneren van het patroon en ook kosten.

In sommige uitzonderlijke gevallen zoals heel erg dunne t-shirts en tere stoffen een laag scheurvlies gebruiken, daarop een laag "mesh" en daarop plak ik dan met plakspray de t-shirt tere stof en span dit alles tezamen in de ring. Dat voorkomt heel veel ellende.

Let op! De plakspray altijd op het steunmateriaal en niet op de te borduren stof spuiten.

Met het plakspray wordt je ring wel iets plakkerig, in het geval dat je daar last van hebt kan je dat voorkomen door een malletje te maken en deze voordat je het vlies inspuit op de ring te leggen of door hem af en toe met een sopje of speciaal daarvoor gemaakte reiniger schoon te maken. Babydoekjes blijken ook heel goed te werken.

Spuit niet naast je machine!

Er komt dan ongewild lijm in de machine terecht, met alle gevolgen van dien. Het beste is om de ring in een kartonnen doos te leggen en daarin te spuiten dan blijft je omgeving schoon.

Heel belangrijk is dat je altijd eerst naar de te borduren stof en de eigenschappen ervan kijkt en naar het patroon wat erop moet komen.

  • Hoe dunner de stof en hoe meer steken het patroon heeft des te meer steun je door het verstevigingsmateriaal moet geven.

  • Hoe meer rek in een stof zit en hoe dunner deze is hoe minder rekbaar en hoe steviger je steunmateriaal moet zijn.

  • Het is altijd beter om te veel dan te weinig verstevigen... een mislukt project is nooit leuk.

  • Is een borduurpatroon stug, ligt het meestal aan de manier hoe deze gedigitaliseerd is en niet aan het steunmateriaal.

  • Kijk ook eens op de achterkant van geborduurde kleding in de winkel... daar zie je vaak nog de resten van de steunmaterialen, daar leer je heel veel van.

De beste manier om te leren welk materiaal je het beste kan gebruiken is een aantal proefjes met de verschillende soorten stoffen en steunmaterialen te borduren, zo zie je heel gauw wat goed is en wat niet. Hiervoor is het aangeraden om een professioneel ontworpen patroon van bijvoorbeeld een gekochte kaart of een die in je machine zit te gebruiken, omdat zoals al gezegd niet alle patronen die van het internet afkomen ook goed zijn. Op deze manier sluit je uit dat het aan het patroon ligt als er iets mis gaat.